Slijkgrascicade

From Coastal Wiki
Revision as of 13:40, 27 March 2012 by Daphnisd (talk | contribs) (<span style="color:#00787A">Oorspronkelijke verspreiding</span>)
Jump to: navigation, search

Warning: Deze pagina wordt niet langer bijgewerkt. Meer recente info is te vinden op http://www.vliz.be/niet-inheemse-soorten


Slijkgrascicade
De slijkgrascicade is een Amerikaanse soort die oorspronkelijk gedijde op Amerikaans slijkgras (Spartina alterniflora) langsheen de oostkust van de Verenigde Staten. De eerste Europese waarneming van deze soort stamt uit 1994 in de Portugese Algarve streek. De slijkgrascicade bereikte België vermoedelijk in 2010, hoewel het tot 20 augustus 2011 duurde vooraleer hij er voor het eerst werd waargenomen. Mogelijk werd deze cicade via transport met slijkgrasbladeren in Europa geïntroduceerd. De slijkgrascicade komt exclusief voor op slijkgrassen en voedt zich met het voedingsrijke sap van deze planten. De slijkgrascicade werd langs de Amerikaanse westkust (Washington) uitgezet om het daar ingevoerde slijkgras biologisch te bestrijden.
Prokelisia marginata.jpg
Foto: Hans De Blauwe




Wetenschappelijke naam

Prokelisia marginata (Van Duzee, 1897)


Oorspronkelijke verspreiding

Het oorspronkelijke verspreidingsgebied van de slijkgrascicade strekt zich uit langsheen de Amerikaanse oostkust, van Massachusetts tot Louisiana. Deze cicade is in dit gebied erg abundant en vormt er de belangrijkste herbivoor van het Amerikaans slijkgras, Spartina alterniflora [1][2][3] (Wilson 1982, Denno 1985, Denno 1987). De slijkgrascicade wordt eveneens gemeld in geïsoleerde inter-getijdengebieden in Californië, aan de Pacifische kust [3] (Denno 1987). Hier komt hij eveneens op een andere slijkgrassoort voor, namelijk Spartina foliosa [1] (Wilson 1982). Er zijn echter sterke aanwijzingen dat deze Pacifische populaties recent (na de jaren 1970) vanuit de Amerikaanse oostkust geïntroduceerd werden [4] (Grevstad, Wecker & Strong 2004).

De slijkgrascidade werd opgenomen in de lijst van niet-inheemse soorten van het Belgisch deel van de Noordzee gezien het feit dat deze soort enkel kan gedijen op bepaalde soorten slijkgras [5] (Grevstad 2003a), een plantengroep die typisch in intergetijdegebieden voorkomt [6] (Van Landuyt 2006).



  1. 1.0 1.1 Wilson, S.W. (1982). The planthopper genus Prokelisia in the United States (Homoptera: Fulgoroidea: Delphacidae) J. Kans. Entomol. Soc. 55(3): 532-546. details
  2. Denno, R.F.; Douglas, L.W.; Jacobs, D. (1985). Crowding and host plant nutrition: Environmental determinants of wing-form in Prokelisia marginata Ecology 66(5): 1588-1596. details
  3. 3.0 3.1 Denno, R.F.; Schauff, M.E.; Wilson, S.W.; Olmstead, K.L. (1987). Practical diagnosis and natural history of two sibling salt marsh-inhabiting planthoppers in the genus Prokelisia (Homoptera: Delphacidae) Proc. Entomol. Soc. Wash. 89: 687-700. details
  4. Grevstand, F.S.; Wecker, M.S.; Strong, D.R. (2010). Biological control of Spartina, in: Ayres, D.R. et al. (Ed.) (2010). Proceedings of the Third International Conference on Invasive Spartina, November 8-10, 2004, San Fransisco, California, USA. pp. 267-272. details
  5. Grevstad, F.S.; Strong, D.R.; Garcia-Rossi, D.; Switzer, R.W.; Wecker, M.S. (2003). Biological control of Spartina alterniflora in Willapa Bay, Washington using the planthopper Prokelisia marginata: agent specificity and early results Biol. Control 27(1): 32-42. details
  6. Van Landuyt, W.; Hoste, I.; Vanhecke, L.; Van Den Bremt, P.; Vercruysse, W.; de Beer, D. (Ed.) (2006). Atlas van de flora van Vlaanderen en het Brussels Gewest. Flo.Wer/Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek/Nationale Plantentuin van België: Brussel. ISBN 90-726-1968-4. 1007 pp. details