De Borger (1901, fig. 18)
De Borger (1901, fig. 18)
Beschrijving Deklijn. Vervolgens zet men op elke ordonnaat de hoogte der deklijn (livet de pont) af, bij middel der afmetingen door het bestek gegeven en op het schaalplan genomen. Doch, in plaats van deze maten afzonderlijk met de meterlat en den meter op elke ordonnaat over te brengen, teekent men ze op eene zwarte lat, van genoegzame lengte. Op een harer uiteinden teekent men vooraf een zelfde bazis of vertrekpunt X. Van uit dit punt zet men de verschillige hoogten der deklijn, boven de bazislijn of bovenkant kiel, op de ordonnaten 0, 1, 2, ..., 9, 10 af (als de steven hellend op de kiel staat moet men de hoogte der deklijn nemen op de verlengde lijn van bovenkant kiel) en schrijft men bij elk punt het nummer der overeenstemmende ordonnaat. Men brengt de lat met het punt X op de bazislijn der langscheepsche oprichting en teekent de afgezette hoogten op elke ordonnaat. Op deze punten legt men, op de hiervoor aangeduide manier, eene stijve lat derwijze dat het licht op de punten valt; men ziet hare richting na en wijzigt deze waar het noodig is, zonder de hoogte van het grootspant te veranderen, en men schrijft haar daarna met krijt in. Auteur J. De Borger Uit bron De Borger, J. (1901). Uitslaan van ijzeren of stalen sche... (pagina 33) Creative Commons License Dit werk is gelicentieerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-Niet-commercieel-Gelijk 4.0 Licentie