De Jonghe (1912, fig. 81)
De Jonghe (1912, fig. 81)
Beschrijving Splitsingen Een Vlaamsch oog. Hiertoe worden de strengen tot driemaal van het touw uitgedraaid en door eene takeling bezet. De strengen worden losgedraaid en tot garens gevormd, en, na omtrent een derde te hebben doen uitvallen, in twee gelijke deelen verdeeld, waartusschen een stuk hout (a) ter dikte van het te vormen oog wordt geplaatst. Hierom worden de garens, paar aan paar, (b) geknoopt en stijf tegen elkander gedreven, waarna zij goed uitgeschraapt en over het oog en langs de staande part naar beneden gelegd worden. Het gevormde oog wordt met smarting omkleed en gemarld (c). Deze marling wordt varkensrug geheeten; verder wordt het touw van af het oog over eenigen afstand gekleed. Auteur J. De Jonghe Uit bron De Jonghe, J. (1912). De sfeer - Het schip - Vaart. Wat z... (pagina 78) Creative Commons License Dit werk is gelicentieerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-Niet-commercieel-Gelijk 4.0 Licentie