small logo

Duurzaamheidsbarometer voor de Kust

Een initiatief van het Coördinatiepunt Duurzaam Kustbeheer

Achtergrond informatie

1            Duurzaamheid

2            Meten van duurzaamheid

3            Indicatoren



1            Duurzaamheid


1.1                  
Algemeen

Duurzame ontwikkeling is een term ontleend aan het Bruntlandt-rapport "Our Common Future" en doelt op een ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie zonder daarmee voor toekomstige generaties de mogelijkheden in gevaar te brengen om ook in hun behoeften te voorzien. Kort gezegd komt het neer op de balans tussen drie P's: People, Profit en Planet. Een duurzame ontwikkeling steunt dus op een evenwichtige aandacht voor economische, ecologische en maatschappelijke trends.

Een globale benadering van duurzame ontwikkeling werd geformuleerd tijdens de Conferentie over Milieu en Ontwikkeling in 1992 in Rio de Janeiro (Brazilië). Deze zogeheten Agenda 21 omvat een concreet actieprogramma met duidelijke prioriteiten en een becijfering van de financieringsnoden. Het actieprogramma is onderverdeeld in vier secties:

            sociale en economische dimensies;

            behoud en beheer van hulpbronnen voor ontwikkeling;

            versterking van de rol van maatschappelijke groepen;

            middelen voor uitvoering.

1.2           Geïntegreerd beheer van kustgebieden

Geïntegreerd beheer van kustgebieden is in essentie het duurzaam beheer van de kustgebieden. De notie van geïntegreerd beheer van kustgebieden is aanvaard als concept in hoofdstuk 17 van Agenda 21 van de UNCED in Rio (1992).

De belangrijkste elementen in de definitie van de EC van geïntegreerd beheer van kustgebieden zijn:

            ...en dynamisch multidisciplinair en iteratief proces voor de bevordering van duurzaam beheer van de kustgebieden.

            ...een volledige cyclus van informatieverzameling, planning en besluitvorming, beheer en toezicht op uitvoering.

            ...het benutten van de participatie met kennis van zaken en de medewerking van alle belanghebbenden voor de evaluatie van de maatschappelijke doelstellingen van een bepaald kustgebied en voor het nemen van maatregelen om deze doelstellingen te verwezenlijken.

            ...een lange termijn evenwicht tussen milieugerichte, economische, sociale, culturele en recreatieve doelstellingen, alle binnen de door de natuurlijke dynamiek gestelde grenzen.

            ...de term "geïntegreerd" in GBKG heeft betrekking op de integratie van zowel de doelstellingen als de vele instrumenten die voor de verwezenlijking daarvan nodig zijn. Dit betekent integratie van alle relevante beleidsterreinen, sectoren en bestuursniveaus. Het betekent ook integratie van het land- en zeegedeelte van het doelgebied in ruimte en tijd.

            ...de ontwikkeling van nationale strategieën die onder andere de ontwikkeling inhouden van een adequaat en continu bewakingssysteem van het kustzonegebied. Deze systemen moeten informatie verzamelen en aanbieden in een gepast en compatibel formaat voor beleidsmakers op nationaal, regionaal en lokaal niveau om geïntegreerd beheer te vergemakkelijken. De gegevens zouden ook publiek beschikbaar moeten zijn voor een redelijke kost (COM/2000/545 en COM/2000/247).

1.3           Basisprincipes voor een duurzame kustregio

In een duurzame kustregio wordt op een rechtvaardige manier tegemoet gekomen aan de behoefte-voorziening van alle gebruikers. Daarbij wordt prioriteit gegeven aan kwetsbare groepen en wordt rekening gehouden met de grenzen van milieu en natuur. We kunnen een duurzame kustregio dan ook omschrijven als een regio waarin tegelijkertijd economische ontwikkeling, sociale rechtvaardigheid en ecologische kwaliteit worden bereikt, en dit met behulp van bestuurlijke vernieuwing.

We lichten de principes die hieraan worden verbonden toe:

            Economische principes

In een duurzame kustregio is er een bruisende ontwikkeling met een diversiteit aan activiteiten die een maatschappelijke meerwaarde genereren. In die zin is het belangrijk dat in de kustregio vraag (behoefte, wensen, koopkracht, etc.) en aanbod (producten, diensten, vrijwillige inzet, etc.) op elkaar worden afgestemd. De afstemming tussen vraag en aanbod gebeurt op een optimale manier. Dit wil zeggen dat rekening wordt gehouden met zowel kwantitatieve (in hoeveelheden) als kwalitatieve (voor de diversiteit aan functies van het aanbod) aspecten en dimensies.

            Sociale principes

In het kader van een duurzame kustregio wordt in principe altijd rekening gehouden met het element van de intragenerationele rechtvaardigheid. Volgende elementen staan hier centraal:

               Sociale rechtvaardigheid:

In een duurzame regio worden alle vormen van sociale uitsluiting en armoede bestreden. Volgens het beginsel van gelijke kansen dienen alle gebruikers (vb. armen, zieken, minderheden, laaggeschoolden, personen met een handicap, vrouwen, etc.) in principe gelijke kansen te hebben op werk, op een comfortabele woning, op degelijk onderwijs, etc. In het kader van een duurzame kustregio dient dus te worden gestreefd naar gelijkheid in kansen.

               Sociale cohesie en sociale contacten:

Met het oog op een duurzame kustregio zal men bij alle activiteiten systematisch aandacht hebben voor de mogelijkheden voor een sterkere sociale cohesie en gemeenschapsvorming. Allerlei soorten sociale contacten tussen diverse soorten gebruikers bevorderen de sociale cohesie in de breedste betekenis van het woord.

               Solidariteit (ook met het Zuiden):

Een duurzame kustregio wordt niet als een eiland beschouwd. De regio heeft relaties met de provincie, het eigen gewest, de andere gewesten, het land, het buitenland (al dan niet binnen of buiten de Europese Unie) en de ontwikkelingslanden (het Zuiden). In het kader van een duurzame kustregio tonen de streekbewoners en -gebruikers zich dan ook solidair met de kansarmen binnen, maar ook buiten de streek. Aandacht voor de Noord-Zuid-problematiek in al zijn vormen is dus ook een normatief element voor een duurzame streek, maar zal in deze studie niet worden behandeld.

            Fysiek-ecologische principes

De intergenerationale rechtvaardigheid wordt vertaald in ecologische randvoorwaarden, omdat natuurlijke rijkdommen de fysieke basis zijn voor ontwikkeling.

               In een duurzame kustregio wordt het milieugebruik beperkt met het oog op het behoud van  een gezond en aangenaam milieusysteem voor de toekomstige generaties. Hierbij is er nood aan een rationeel gebruik van grond (ruimte) en milieugoederen (grondstoffen, brandstoffen, water, afval) met aandacht voor besparing, efficiëntieverbeteringen en hernieuwbare milieugoederen;

            In een duurzame kustregio wordt ook aandacht besteed aan de kwaliteit van het leefmilieu voor de huidige generaties. Kernelement hier is het zo veel mogelijk vermijden van verontreiniging (lucht, water, bodem, hinder, enz.) door preventie, hergebruik, recyclage, verwerking (eventueel met energierecuperatie) en berging;

            Ook het bevorderen van de kwaliteit van groen- en natuurvoorzieningen (biodiversiteit) staat hier centraal.

            Institutionele principes

Duurzame regio's zijn niet enkel een verantwoordelijkheid van de overheid. De overheid kan de problemen niet alleen aanpakken en creëert niet als enige ontwikkelingskansen. Dit impliceert dat overheden en actoren partners zijn in het ondersteunen van het streven naar duurzaamheid.

Ten eerste hebben de institutionele principes van de duurzame regio betrekking op de kwaliteiten van de algemene civiele cultuur, van de organisaties en van de processen die worden ingezet bij de sturing van de samenleving op streekniveau. Deze kwaliteiten zijn met name:

    -          publiek vertrouwen en legitimiteit;

    -          de streek in relatie tot andere regio’s;

    -          collectieve verantwoordelijkheid (responsabilisering van alle maatschappelijke actoren);

    -          participatie in alle levenssferen (werksfeer, privésfeer, …);

    -          verantwoording in publiek debat.

In de sturing van de samenleving op regioniveau is er, ten tweede, bijzondere aandacht voor de rol van de overheid in en van de kustregio. Die rol heeft met name betrekking op volgende kernelementen:

    -          subsidiariteit (spreiden en delen van verantwoordelijkheid),

    -          doelmatigheid (van dienstverlening, van overheidsorganisaties en van beleid),

    -          rechtmatigheid en behoorlijk bestuur,

    -          openheid,

    -          participatie en verantwoordelijkheid,

    -          integratie en afstemming (binnen en tussen besturen).

We kunnen een duurzame kustregio dan ook omschrijven als een regio waarin een veranderingsproces plaats heeft waarbij de menselijke activiteiten bijgestuurd worden zodat er een afstemming van vraag en aanbod wordt geoptimaliseerd, de sociale rechtvaardigheid wordt bevorderd, het milieugebruik efficiënter verloopt, de milieukwaliteit verbetert en de bestuurlijke vernieuwing in de praktijk wordt gebracht.


2            Meten van duurzaamheid


2.1                  
Hoe duurzaamheid meten?

Een zeer geschikte methodiek om elementen van duurzaamheid te meten op regionaal niveau, is het opmaken van een regionale duurzaamheidsbarometer. Dat komt neer op het uitwerken van een beleidsinstrument om maatschappelijke tendensen in de regio te meten, die relevant zijn om uit te maken of de streek al dan niet evolueert in de richting van een duurzame ontwikkeling. Om te bepalen welke tendensen hierbij relevant zijn, wordt in een eerste fase een toekomstvisie voor de streek geformuleerd.

Een duurzaamheidsbarometer werkt met indicatoren, die de toekomstvisie concretiseren. Deze indicatoren, die (kwantitatief) meetbaar gemaakt worden, vormen een synthetische, representatieve weergave van een groter geheel van verschijnselen. Voor elke indicator worden zo betrouwbaar mogelijke cijfers verzameld, die na herhaalde metingen een evolutie weergeven. Door een set indicatoren te selecteren die voor de streek relevant zijn, kan blijvend nagegaan worden hoe goed die streek scoort op het vlak van duurzaamheid en waar bijsturingen noodzakelijk zullen zijn.

2.2                   Waarom duurzaamheid meten?

Een regionale duurzaamheidsbarometer is weliswaar relevant voor alle actoren die bij de ontwikkeling van een streek betrokken zijn, maar heeft een bijzondere relevantie voor het politiek-administratieve apparaat dat in en voor dat gebied actief is. Dat zijn allerlei federale, Vlaamse, provinciale en lokale overheden die indirect (door hun algemeen beleid) en met directe acties in dat gebied actief zijn (in het geval van centrale of provinciale overheden soms via eigen afdelingen, bureaus of diensten). Het zijn al hun afzonderlijke acties en acties die uit samenwerking ontstaan, die invloed kunnen uitoefenen op de toekomstige ontwikkeling van de kustzone. De duurzaamheidsbarometer kan ertoe leiden dat al die onderdelen van dat apparaat een gemeenschappelijke discussiebasis hebben.

Kortom, een duurzaamheidsbarometer heeft diverse functies:

       De duurzaamheidsbarometer bestaat uit een lijst van indicatoren, die betrekking heeft op uiteenlopende beleidsdomeinen zoals daar zijn werkgelegenheid, ondernemingsklimaat, onderwijs, huisvesting, mobiliteit, natuur, milieu, ruimtegebruik, sociale cohesie, zorg en opvang, overheidsdienstverlening, enz. Die lijst van indicatoren kan eigenlijk gezien worden als een concretisering van een strategische visie op een duurzame regio. In het ideale geval zou door de participatie van alle bestuurlijke en maatschappelijke actoren van de kust wordt gekomen tot een hanteerbare consensus over de toekomstige ontwikkeling. In die zin kan die barometer een instrument voor beleidsafstemming zijn.

            Een duurzaamheidsbarometer is natuurlijk ook een meetinstrument. Over elke indicator worden zo betrouwbaar mogelijke cijfers verzameld. De indicatoren meten evoluties. Dat betekent dat een duurzaamheidsbarometer niet eenmalig kan zijn. Een consistente meting die volgehouden wordt gedurende langere tijd bepaalt de zinvolheid om met een streekbarometer te starten. De regelmaat vormt het voorwerp van maatschappelijk debat.

            Cijfers geven een basis voor evaluatie van de toestand. In die zin is de duurzaamheidsbarometer ook een leerinstrument. Op basis van de vastgestelde evoluties van een diversiteit aan indicatoren kunnen de betrokken actoren discussiëren over eventuele noodzakelijke bijsturingen aan een diversiteit van beleidsinitiatieven, zodat ze effectief ook bijdragen tot de gewenste ontwikkeling van de kust.

            Een duurzaamheidsbarometer is ten slotte ook een communicatie-instrument. Alle indicatoren zijn de aanduiding van stuk voor stuk concrete waarneembare trends in de kustregio, waarover heel makkelijk intern en extern gecommuniceerd kan worden. Op die manier wordt de discussie over de duurzame ontwikkeling van een regio ook transparanter en hanteerbaarder voor een breder publiek.

3            Indicatoren

Indicatoren zijn een maat (gegeven/getal/waarde/variabele/evaluator/index, …) die toelaat om de stand van zaken van een toepassingsgebied weer te geven. Voor indicatoren bestaan een hele reeks voorwaarden waaraan ze idealiter dienen te voldoen (bruikbaarheid, beschikbaarheid van gegevens, begrijpelijkheid, relevantie, wetenschappelijke betrouwbaarheid, ….).

Een indicator voor de besluitvorming ten gunste van duurzame ontwikkeling is een maatstaf voor de al dan niet duurzame aard van de toestand en de ontwikkeling van economische, sociale, ecologische en institutionele hulpbronnen van de maatschappij. Een indicator kan zowel op het internationale, het regionale, het nationale als op het lokale vlak betrekking hebben. Dit type van indicator synthetiseert en vereenvoudigt de verschillende informatie omtrent bepaalde verschijnselen of trends, die vanuit het oogpunt van duurzame ontwikkeling als kritisch beschouwd worden. Het is dus een communicatiemiddel, dat zowel een kwantitatieve als een kwalitatieve vorm kan aannemen. Deze indicatoren maken het mogelijk de waargenomen toestand te rapporteren en de ontwikkeling van de variabelen inzake de economische toestand, de maatschappij, de ecosystemen en de instellingen gade te slaan. Het zijn dus instrumenten voor de evaluatie van de betrokken systemen en voor de planning van de beslissingen, die genomen moeten worden, om zich naar meer duurzame systemen te richten.

Bron: duurzaamheidsbarometer Kortrijk (Leiedal cvba en Centrum voor Duurzame Ontwikkeling)
Contacteer webmaster | ©2003 Coördinatiepunt Duurzaam Kustbeheer - laatste update : 11 februari 2008