Hieronder zul je haar dagboekfragmenten terugvinden, wekelijks doorgestuurd naar VLIZ.
Een BBQ op zee ©Eggermont | Materiaal ontladen in Tromsø ©Eggermont | Geslaagd! ©Eggermont |
Volker Ratmeyer nam 's middag het ophalen van mijn kolonisatie cores voor zijn rekening na een elegante buiklanding op een tiental centimeter van de cores. Hij nam de eerste 13 cores met een professionele benhendigheid en liet de 14de aan mij over... Met de master-arm (in mijn hand) kon ik de slave-arm (op de ROV) bewegen, als was het mijn eigen arm. Klinkt echter duizendmaal makkelijker dan het in werkelijkheid is. Met zweethandjes en m'n hart die tekeer ging als gek kreeg ik het voor mekaar zonder mijn core te verliezen of te verbrijzelen op de lade. Niet slecht voor een eerste keer... als ik Volker mag geloven. Maar misschien was hij enkel beleefd... Hoe dan ook een super ervaring!
©Guilini | ©Guilini | ©Guilini |
©Guilini | ©Guilini | ©Guilini |
©Guilini | ©Guilini |
In de loop van de dag gingen de stalen van DAG 1 van mijn experiment onder het mes en ging ik een kijkje nemen bij m’n collega’s. Het valt me op dat de meeste wetenschappers aan boord hun enthousiasme willen delen en je met veel plezier hun onderzoek uit de doeken doen.
Ik sloot m’n dag af met een fietstocht van 20 km, in de fitnessruimte wel te verstaan. Het is merkwaardig hoe de Polarstern toch klein aanvoelt wanneer je het iets minder werk hebt...
Temidden het ijs ©Mieke Eggermont | Berensporen op het ijs ©Guilini | Het vaarspoor van de Polarstern ©Guilini |
Dit bracht ook de nodige stress mee voor Anders Tengberg die na mijn eerste MUC drop zijn lander zou plaatsen. Hij rekende op nog een aantal uren voorbereiding voor o.a. het downloaden van een programma, het opladen van batterijen, etc. Die tijd kreeg hij dus niet en in alle drukte vergat hij twee kabels te verbinden. Gelukkig was er tijd voor een tweede poging, die succesvol was. Ik kwam er met de schrik vanaf maar kreeg door de tijdsoverschot nog een derde MUC drop bij. Perfect. Ik heb nu voldoende cores om mijn experiment uit te voeren volgens de oorspronkelijke planning.
Later die middag incubeerde ik samen met Dick alles in de koude kamer en injecteerden we de verschillende substraten. De komende dagen zullen we nu en dan een dag bemonsteren om een tijdsreeks op te volgen. En verder is het wachten op de kolonisatie cores die nu reeds 5 dagen in de diepzeebodem staan.
kolonisatie cores ©Guilini | QUEST ©Guilini |
Die middag hielp ik Melanie een handje met haar giant box corer en keek ik toe hoe de fish trap aan boord gehesen werd. Die ving dezelfde eelpouts als op de HMMV. Ze waren echter vier keer zo groot en hartstikke dood. Ik keek toe hoe Melanie de otolieten, wat spierweefsel en de maag verwijderde. Eenmaal terug in het labo bekijken ze de maaginhoud, analyseren ze het spierweefsel op stabiele isotopen en bekijken ze de otolieten of gehoorbeentjes. Daarop is de leeftijd af te lezen in de vorm van jaarringen en is men ook in staat de veranderingen in temperatuur van het omgevingswater op te sporen over de levensjaren heen.
Volker Ratmeyer, geoloog en chief ROV (MARUM, Bremen), nam me later die middag onder z’n hoede en introduceerde me het hanteren van de QUEST. Ik kreeg een spoedcursus electronica en mechanica en leerde alles over het opwekken van de vereiste 3000V, de hubs, het hyraulische compressiesysteem, de doppler positionering, het interpreteren van sonarbeelden,het navigeren, het hanteren van de verschillende videocamera’s en de master en slave arm en niet te vergeten de ellenlange checklist die voor iedere duik moet overlopen worden. Vrijdag krijg ik mijn duikdoop...
eelpout dissectie ©Guilini | eelpout dissectie ©Guilini | De piloten, de QUEST en ik ©Guilini |
Terwijl de QUEST zo’n 2500 m onder mij te werk ging op de diepzeebodem verdiepte ik me in de avonturen van Cindy Lee Van Dover, de eerste vrouwelijke pilote van ‘Alvin’, een bemande duikboot. Het vooruitzicht van mijn eerste introductieles in de techniek en de navigatie van QUEST morgen vervult me met overenthousiasme.
De rest van de middag bracht ik lezend door en in het gezelschap van anderen die een ook momentje vrij zagen. Vandaag werd ook beslist dat ik binnen twee dagen de stalen voor mijn incubatie experiment krijg van op het 1200m oostelijke Hausgarten station. Dan rest me nog 7 dagen om mijn experiment op te volgen voor we opnieuw aanmeren in Tromsø. Perfect.
Zonnedek ©Mieke Eggermont | Zonnedek ©Guilini | QUEST02 ©Guilini |
Ikzelf had vandaag niet veel op mijn programma staan, buiten het wachten op het moment waarop ik mijn MUCs kon nemen voor mijn incubatie experiment. Ik vergezelde de drie leerkrachten die aan boord zijn op hun rondleiding in het schip. En jawel, er bleken nog ruimtes te zijn die ik niet eerder ontdekte. We kregen o.a. de machinekamer, cargo ruimtes, de operatiekamer, de ankers, de helikopter, reserve propellers, etc. te zien. Dokter Scheider demonstreerde ons netjes hoe alles te werk gaat in de operatiekamer en nam voor de show een echografie van Miekes ingewanden.
In de machinekamer©Michael | Nog in de machinekamer ©Michael | ROV foto van het flume experiment waarnaar gezocht©MARUM - University of Bremen |
De meteoroloog aan boord brengt ons zoals gewoonlijk de weersvoorspellingen voor de komende dag en de vooruitzichten voor de rest van de week. Hij baseert zich hiervoor op data die hij de dag voordien verzamelt. Daarvoor laat hij een heliumballon op waaraan een gps-zender en ander meetapparatuur verbonden is. De ballon stijgt tot halverwege de stratosfeer tot op een hoogte van ongeveer 35km vooraleer die explodeert. Tijdens het stijgen worden constant temperatuur, druk en humiditeit gemeten. Op basis daarvan worden de windstromen voorspeld en aldus het weer.
De weerman met zijn heliumballon©Guilini |
We bevinden ons op de centrale Hausgarten site (2500m diepte). De QUEST doet er 2 uur over om af te dalen naar de bodem. Eenmaal beneden deden we eerst een check-up van alle geplaatste landers. De lander waarop de kolonisatie cores gemonteerd zitten staat in de perfecte positie, met de cores netjes in het sediment gedrukt. Een andere lander die een verstoringsexperiment zou uitvoeren raakte de bodem niet zoals gewenst met de ploeginstrumenten. Een ongelukkige landing op een ‘drop stone’ verhinderde dit. De lander werd later die dag terug opgehaald na het uitzenden van een signaal die ervoor zorgt dat de lander zijn gewichten loslaat. Met behulp van het drijfvermogen in de floaters stijgt de lander naar het wateroppervlak om vervolgens opgepikt te worden door de Polarstern. Later volgt een tweede poging om die lander op de bodem te plaatsen.
Rond 13 uur plaatste QUEST mijn 15 kolonisatie cores netjes in de bodem. Chapeau piloten! Tot zover mijn taak. Nu is het aan de nematoden om te doen wat ik van hen verwacht... massal op het voedsel afkomen en smullen maar. Na een tiental dagen halen we cores opnieuw op.
Monteren van kolonisatie cores op de lander | kolonisatie cores | kolonisatie cores te water gelaten |
Al snel kreeg ik het nieuws te horen dat de vogel- en zoogdier ‘watchers’ gisteren tijdens de transit tijd naar de eerste Hausgarten lokatie 150 walvissen te zien kregen! Dit aantal tart iedere verwachting van Prof. Claude Joiris (VUB) die al sinds 1973 observaties en tellingen doet aan boord van schepen. Blijkbaar ontsnapt geen enkele ‘blow’ of ‘blaas’ aan zijn oog en kan hij op basis daarvan alleen al vaak bepalen om welke soort het gaat.
- groenlandse walvis: 20 (zeldzaam)
- blauwe vinvis: 7 (zeldzaam)
- gewone vinvis: 34
- dwergvinvis: 2
- bultrug: 18
- tandwalvis: 2
- potvis: 4
- griend: 33
Om 9 uur 30 werd er voor het eerst vergaderd. Iedere begin is moeilijk. Er werd dan ook aan een behoorlijk tempo gediscussieerd voor plan A voor de komende 48 uur in elkaar zat. Zoals gewoonlijk was ook de weerman van de partij. Het weer ziet er voor de komende week goed uit: maximum 3 Bft (zwak briesje) en golven van 1 m hoog (deining). De satelietfoto gaf ons een idee van de wolk aan drijvend ijs waarin we ons begeven. De ijsgrens blijkt dus nog een heel eind van ons verwijderd te zijn. Maar ik weet dat ik onze chief scientist op zijn woord mag geloven en dat we de ijsgrens dus nog te zien zullen krijgen...
Die avond nog namen we twee box corers. Uit de bovenste 15cm werden meio- en macrobenthos geëxtrageerd voor verder onderzoek. De diepere lagen gebruik ik om in mijn kolonisatie cores te stoppen aangezien daar geen of een minimale hoeveelheid aan organismen en organisch materiaal inzit. Ik maakte dus mijn 27 kolonisatie cores klaar die morgen in de diepzeebodem zullen geplaatst worden m.b.v. enerzijds een lander en anderzijds QUEST.
Drijfijs | Satelietfoto | Box corer |
Die avond sloten we een superplezante twee weken af met een sauna, drink, babbels en het spotten van mijn allereerste onidentificeerbare walvisachtigen in de verre verte...
Walvissen spotten met Carolina en Gustavo | Met Carolina in het ons lab. |
Tegen 16 uur bereikten we de tweede MUC locatie (op 78°N).
Als afsluiter van deze campagne ‘leg’ verwerkte ik de laatste Beggiatoa push cores. Tegen die tijd waren zowel de crew als de wetenschappers klaar met het opruimen en al paraat op het BBQ feestje op het dek. De sfeer zat goed, er werd gesmuld, gedanst en gelachen in de middernachtzon, ergens te midden de arctische wateren tussen 78°N en 79°N...
Ps: Één dezer dagen krijg ik mijn eerste les in het besturen van de QUEST(aan boord). ROV piloot lijkt me wel wat...
Groepsfoto | Party. |
Mijn lichaam besliste vandaag op haar eentje dat het zo niet verder kon. Ik sliep doorheen mijn wekker en werd pas om 14h45 wakker... Ik sliep 12 uur. Ontbijt: koffie en cake... nee, dankje.
Vandaag nam ik een kijkje in een staal van de Beggiatoa matten. Nematoden... honderden... en op het eerste zicht zou het wel om Halomonhystera disjuncta kunnen gaan. Ik selecteerde een zestigtal mooie exemplaren die ik op een zodanige wijze fixeerde dat ik, eenmaal terug in het lab, transmissie electronen microscopie (TEM) foto’s zou kunnen nemen. Op die manier kan op een zeer gedetaileerde manier zowel de uitwendige als de inwendige lichaamsstructuren bestudeerd worden.
Die avond, nadat de ROV aan boord gehaald werd, lieten we de moddervulkaan voor wat het was en startten onze afvaart richting Svalbard. Onderweg zouden we nog twee locaties bemonsteren met de Multicorer (MUC). De sedimentstalen zijn voor Gustavo, m’n ‘first assistent’ en maatje aan boord. Deze keer was het mijn beurt om hem met veel plezier een extra paar handen toe te steken. Maar dat zou een nachtelijke avontuur worden dus sloot ik de dag af met een zwempje en gunde mezelf enkele uurtjes rust...
Van 13 uur tot 15 uur zat ik opnieuw in de ROV besturingscontainer om het bovenhalen van mijn kolonisatie cores te coördineren. Tussendoor gingen acht stalen van DAG 8 van experiment 1 en DAG 2 van experiment 2 onder het mes. De piloot van de ROV waarschuwde me bij de aanvang van het maneuver dat nog geen enkele onderneming tot daartoe vlekkenloos was verlopen. De benthische kamer, die metingen uitvoert in en net boven de bodem, viel omver, de lade waarin alle stalen bewaard worden sloot niet meer en had als enige beveiliging de linkerarm als ondersteuning. Het humeur van de piloot verbeterde er niet op, ... nice. Ik haalde er op hoop van zegen koffie en ‘Belgian chocolates’ bij. Alles verliep vlekkeloos. Wat dacht je dan? Om 22 uur 30 kwamen de stalen aan boord en we slaagden erin alles netjes te slicen en te bewaren. Fieuw. Dat was dat.
Het bovenhalen van de kolonisatie cores met de ROV ©MARUM, University Bremen | De ROV komt boven. ©Thomas Pape, RCOM |
’s Avonds had ik voor het eerst tijd om de het zwembad aan boord uit te proberen. We organiseerden een match ‘waterball’. Je kunt dit het best omschrijven als een mix tussen waterpolo en basketbal waarbij de enige regel is dat er geen regels zijn. De gevolgen? Die nemen we er met plezier bij.
De ROV bracht levende diepzeevissen naar boven ©Bergmann |
We vonden een gigantische mat! Zo’n goeie 124 m lang met een maximale breedte van 10 m. We brachten het helemaal in kaart en stippelden een transect uit waarlangs we stalen namen. De kolonisatie cores plaatsten we aan de rand van de mat om verstoring te beperken. Alles verliep vlot. Tijdens de laatste duik van onze campagne hier op de Håkon Mosby Mud Volcano (HMMV) halen we de kolonisatie cores op. Jammer genoeg misten we het zalige weer vandaag. De zon scheen fel en uit de wind was het bakken. Ook ’s nachts bleef de zon stralen.
Sorry als het niet altijd duidelijk is wat ik wanneer deed maar de dagen zijn hier geen dagen. De boot draait continu en altijd is wel iemand aan het werk, altijd vind je wel iets te eten en de mensen begroeten je op de zotste momenten met “moin moin”.
Navigatie en manipulatie van de ROV QUEST ©Guilini | Plaatsen van de kolonisatie cores met de grijparm van de ROV ©MARUM | De vijf cores blijven zitten in de oceaanbodem tot het einde van onze campagne op de Håkon Mosby Mud Volcano ©MARUM |
Die nacht namen we opnieuw twee MUC’s. Deze keer vertrouwden we, naast de exacte coördinaten, toch maar weer op de videobeelden. Stel je er niet teveel bij voor, we hebben een klein zwart-wit televisietje ter beschikking, met een wazig beeld en ruis inbegrepen. We moesten vertrouwen op het contrast dat te zien is tussen de donkere bodem en de eerder witte bacteriematten. Fingers crossed… De stalen die bovenkwamen zagen er behoorlijk spectaculair uit, veel leven, bovenste centimeter zuurstofrijk sediment, ... en vele Pogonophora kokerwormen. Naast de Beggiatoa-bacteriematten vormen Pogonophora-velden een karakteristiek microhabitat op de Håkon Mosby Mud Volcano. De tweede MUC drop was identiek.
Ik heb besloten mijn experiment aan te passen en vergeet de Beggiatoa-matten, althans voor het incubatie experiment. (Je weet wel: geen nematoden… en 2 experimenten tegelijkertijd is niet mogelijk binnen de tijd die we hebben). Ik incubeerde de pas opgehaalde cores in de koude container en startte de volgende dag mijn hele experiment opnieuw: drie behandelingen of 115 injecties met het gelabelde voedsel, een controle, en vele uren werk. We slaagden erin om alles tegen 5 uur in de morgen af te ronden... Alles verliep goed, geen stommiteiten tot zover. Op dagen als deze drink ik koffie voor het slapen gaan en eet ik vis met rijst als ontbijt...
Kolonisatie core die uitgezet wordt op de oceaanbodem ©Guilini | MUC cores bij het bovenkomen ©Guilini | Pogonophora staal ©Guilini |
Die nacht, tussen de twee MUC drops door, ging ik een kijkje nemen op het voordek. Enkele wetenschappers hadden er rond een uur of 3 besloten even op adem te komen en te vissen. De ene na de andere pollak werd boven gehaald. Enkele uren later lagen ze al gefileerd in de diepvries.
De een na andere pollak werd bovengehaald ©Gilini |
Changement de plan! Ik besloot het experiment tóch verder te zetten, maar daarnaast opnieuw stalen te nemen op een locatie waar ze met de ROV gigantische Beggiatoa 'velden’ gezien hadden. Michael Klages gaf me er de kans toe. Diezelfde nacht nog kon ik aan de slag. Twee MUC-drops kreeg ik, startende om 1 uur ‘s nachts. We monteerden het Poseidonia positioneringssysteem boven de MUC in plaats van gebruik te maken van de videocamera. Die zou het mogelijk moeten maken om héél precies te bemonsteren. Het signaal op de radar bleek echter te verspringen van de ene kant van de boot naar de andere. Tel daarbij de drift van de boot op en een woelige zee... Het kwam erop neer dat we slechts met een nauwkeurigheid van 400 m konden werken. Het resultaat was er dan ook naar: waterstalen i.p.v. bodemstalen. Volgende keer beter misschien...
Op zoek naar nematoden, die helaas niet aanwezig bleken te zijn! ©Gustavo Fonseca |
Vandaag was een rustige dag. Ik vond zowaar mijn ritme terug en had ontbijt, middag- en avondmaal op normale tijdstippen. Ik bemonsterde DAG 1 van mijn experiment. Daarvoor werken we in het vislab, ergens achteraan onder in het schip, net boven de motoren. Niet echt een plaats voor zeeziekgevoelige personen, maar daar geeft niemand om een spatje modder...
Ondertussen verlopen de dagen aan boord voor de meesten onder ons volgens een vaste routine. Rond 8 uur in de morgen wordt de ROV lift te water gelaten. Bij de ‘lift’ moet je je een soort van container voorstellen waarin alle stalen, meetinstrumenten en de ROV QUEST (eigendom van Centre of Marine Environmental Science MARUM, Universiteit van Bremen) naar de bodem gebracht worden. Een duik duurt 10 à 14 uur. Deze week werd de routine echter onderbroken door het slechte weer, aangezien het te water laten en opnieuw aan boord brengen van de ROV dan een te groot risico voor beschadiging inhoudt. Daarom werd het programma aangepast en werden stalen genomen die oorspronkelijk later in deze campagne ingepland waren: gravity corer, multiple corer, box corer, dynamic autoclave piston corer, free-falling lander system met fish traps,... De ervaring aan boord van onderzoeksschepen van velen onder de wetenschappers en de onfeilbare, behulpzame crew zorgen ervoor dat alles vlot verloopt.
Om de twee dagen gaat de bar aan boord open. Op één voorwaarde, dat twee vrijwilligers het heft in handen nemen om drankjes te serveren en de ‘Zillerteil’-keet opvrolijken door plaatjes te draaien. Gustavo nam de caiprinha voor zijn rekening, terwijl ik me ontfermde over het tappen van de pintjes en de muziek. Het werd gezellig. Voor velen een ideale gelegenheid om even de gedachten en gesprekken te verzetten van het werk.
ROV lift wordt te water gelaten ©Melanie Bergmann - AWI | ROV QUEST met staalnameapparatuur en meetinstrumenten ©Melanie Bergmann - AWI | Witte bacteriemat bovenop het sediment in de core ©Guilini |
Hoe vermoeider we geraken, hoe meer we lachen, tot op het moment dat we stilvallen en enkel nu en dan nog eens kunnen grinniken. Gisteren injecteerde ik mijn incubatiecores met verschillende substraten waarmee de bacteriën en nematoden uit de stalen zich zullen voeden of toch zouden moeten voeden.
Morgen starten we opnieuw met het nemen van stalen die we direct incuberen. Dan komt het er enkel en alleen op neer om na 1, 2, 4 en 8 dagen de cores in schijfjes te snijden. Vervolgens moeten we ons gaan concentreren op de volgende staalnames, waarbij de ROV ‘pushcores’ neemt uit de Beggiatoa bacteriematten. De eerste beelden van deze witte matten op de bodem van de diepzee werden al vastgelegd tijdens de eerste ROV-duik. Nu nog wachten op beter weer die een nieuwe duik toelaat. Voorlopig hebben we te doen met 6.5 à 7.5 Beaufort en tot 4.5 m hoge golven, die nu en dan over het dek spoelen. Nice! Vooral indrukwekkend om te merken hoe goed de Polarstern zich hiertegen weet te verzetten.
Voorbereidingen voor de eerste duik van de onderwaterrobot QUEST. ©Guilini | Eerste beelden door QUEST doorgestuurd: witte bacteriematten bedekken de zeebodem op 1.250 m diepte. ©MARUM-University of Bremen |
Enkele uren later die voormiddag kregen we het eerste overzicht over wat er de komende 24 uur allemaal moest gebeuren. Het weer was niet slecht op dat moment (wel ietsje treurig), maar de vooruitzichten gaven slecht weer. Zodoende mocht ik van start gaan met m’n werk met de multicorers (MUC). Om 1.00 die nacht werd de eerste MUC bovengehaald. De derde om 4h30.
Gustavo, Braziliaanse bioloog, is m’n partner-in-crime aan boord. Samen worstelden we met de eerste cores. De bemanning hielp ons met het zware werk en had precies wel plezier in het modderbad waarin wij stilletjes aan verdwenen. In de grote cores (diameter 100 mm) namen wij deelstalen met kleinere 60 mm cores. Die stalen gebruik voor het incubatie-experiment.
De set van kleine cores moest vervolgens naar beneden gebracht worden naar de koude container (-0.8°C) waarin ik werk. We vonden de weg maar en probeerden de lift, de trap, gang in gang uit... Hoe harder we ons best deden om geen sporen achter te laten, hoe meer we ons in de nesten werkten. Op de terugweg namen we dezelfde (omme)weg en probeerden met dweil en papier onze sporen uit te wissen, tevergeefs.... Tegen 5 uur waren we bekaf, gunden we onszelf een pintje, aten nog iets en hielden het die werkdag voor bekeken.
De multicorer (MUC) wordt binnengehaald. ©Guilini | De stalen worden geïnjecteerd. ©Guilini | Incubatie-experiment in de koude container (-0.8°C). ©Guilini |
Rond 16 uur vertrokken we. De tocht doorheen de fjorden was adembenemend! Niet voor niets heet Tromsø ‘The gateway to the arctic’. Bij het vertrek dronken we traditiegetrouw een pintje op een goeie reis. Het allerlaatste puntje van de fjord die bewoond wordt, verdween stilletjes uit het zicht... Daarna volgde een welkomstwoordje van de kapitein, de eerste officier en verdere medewerkers. Michael Klages leidde alles netjes in, gevolgd door wat algemene info en een veiligheidstest (altijd leuk).
Later die avond stelde iedereen zich voor, werd dieper ingegaan op het doel van deze campagne en werden verantwoordelijkheden aangeduid uit de verschillende deelnemende instituten. Ik maak als enige vertegenwoordiger van de Universiteit Gent deel uit van een team van ‘project leaders’ die dagelijks om 9h30 samen komen om de planning te bespreken. Ook wordt van ons verwacht dat we aan iedereen regelmatig een update geven omtrent de stand van zaken en de vorderingen.
©Guilini | ©Guilini | ©Guilini |
Die nacht scheen de zon op de oostflank van de fjord. Geschift om te zien! Vandaag is het de dag waarop de zon het hoogst en het langst aan de hemel waar te nemen is. Dit vierden we vanzelfsprekend mee met de rest van de inwoners van Tromsø, die dan traditiegetrouw barbecues en picknicks organiseren.
Op naar het hoogste punt van Tromsø. ©Guilini | Zicht op de fjord vanop hoogste punt van Tromsø. ©Guilini | Zomernacht in Tromsø. ©Guilini |
Mijn hostel is comfortabel. Alles naar wens! Een zacht bedje, een badkamertje waar ik tegelijk op het toilet kan zitten én een douche kan nemen, koffie naar believen en een deftig gordijn die de nachtzon buiten houdt. Die geeft het nachtleven trouwens een bizarre aanblik. Ondanks het bijzondere feit dat je ’s nachts nog op een bankje in de zon kunt zitten, moet ik concluderen dat ik het nachtduister bij ons toch wel flatterend vind.
Weetjes:
Tromsø, de grootste West-Europese stad die boven de Poolcirkel gelegen is, herbergt de noordelijkste universiteit, bierbrouwerij, botanische tuin én planetarium ter wereld. Meer dan 54.000 bewoners telt dit Noorse eiland. 's Winters leven ze er gedurende twee maanden in complete duisternis, slechts enigszins gemilderd door het Noorderlicht (de Aurora Borealis) of de maneschijn. Momenteel wordt het er 's nachts niet donker. De zon gaat wel eventjes kort onder, maar de avondschemering en de ochtendschemering overlappen elkaar.
Wie zich aan een primitief vissersdorp verwacht, vergist zich: dit is een rijke stad waar dagelijks cruiseschepen aanmeren, waar een universiteit en diverse wereldvermaarde musea gevestigd zijn. Een eiland ook dat via twee bruggen, een tunnel en een luchthaven met de rest van de wereld verbonden is, en waar je van de ene kant naar de andere kant van het eiland kunt rijden via een indrukwekkend kilometerslang netwerk van tunnels.
Ik neem deel aan deze expeditie omdat ik een doctoraatsstudie uitvoer voor de onderzoeksgroep Mariene Biologie aan de Universiteit Gent. Mijn studie handelt over de ecologie van zeer kleine wormpjes, nematoden genaamd. Deze wormen leven in het slib op de bodem van de oceaan. Op de Polarstern zal ik experimenten uitvoeren en stalen nemen van de oceaanbodem met behulp van een afstandsgeleide duikrobot. Die stalen neem ik terug mee naar Gent en om er de nematoden uit te halen voor verder onderzoek. Nematoden bieden een schat aan informatie over hun leefomgeving. Ergens helemaal onderaan het voedselweb zijn ze namelijk van cruciaal belang. Voor wie interesse heeft in de technische details van m'n onderzoek, kan meer informatie terugvinden via het linkermenu.
Ik ben geen groot schrijver, dus verwacht u zich niet aan breedvoerig proza of fijnzinnige poëzie. Wel staat vast dat ik zes spannende weken tegemoet ga. Als u zich kunt interesseren voor polair onderzoek, biologie in het algemeen of zelfs specifiek voor mijn vakgebied, denk ik dat u plezier zult kunnen beleven aan mijn korte berichtjes vanop de Noordpool.
Tot de volgende,
Katja Guilini