Crisiscentrum vogelopvang Oostende
Olieslachtoffers winter 2003

intro nieuws organisatie werkmethodes statistieken vragen links beelden

Lees ook de verslagen van ooggetuigen voor België, Frankrijk en Nederland.


Vrijdag 21 februari 2003

De activiteiten van het crisisopvangcentrum krijgen stilaan hun beloop. Er staat nog een heleboel werk te verzetten maar de overlevende vogels worden sinds een paar dagen met kleine aantallen vrijgelaten.
Sinds het begin van de crisis zijn er van alle in Oostende opgevangen vogels ongeveer 1300 volledig gewassen. Alle vogels die in Oostende zijn opgevangen, hebben ter plaatse een eerste wasbeurt gekregen vooraleer een volledige wasbeurt te kunnen krijgen in Oostende of in een andere centrum. Een kleine 200 dieren werden reeds gelost omdat er toch geen olie meer voorkomt in onze kustwateren (waarnemingen BMM). Zo vonden al heel wat fuutjes terug de weg naar de vrijheid omdat de resultaten met deze soort bijzonder gunstig waren. Op basis van de huidige, maar onvolledige cijfers, zou ongeveer 50% van de volledig gewassen vogels de ramp hebben overleefd.
De fuutjes die reeds werden vrijgelaten werden voorzien van ringen en ook de eerste zeekoeten en alken worden geringd met speciale stalen ringen. Bedoeling van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN) is om alle vrijgelaten vogels te voorzien van een wetenschappelijke ring, om zo de vele vrijwilligers in de komende jaren hopelijk ook eens vreugdevol nieuws te brengen over hun geleverde inspanningen.

De kooi op het Klein Strand te Oostende lokt ondertussen gemiddeld 800 bezoekers op een gewone werkdag. Op zondag 14 februari werden er 4900 bezoekers geteld aan de kooi.
Natuurlijk zitten niet alle opgevangen vogels in die kooi. De kooi is slechts een laatste stap in hun verzorging en bij mondjes maat werden de vogels van daaruit vrijgelaten de afgelopen week. De meeste van de 4800 levend binnengebrachte dieren verblijven nog steeds in de baden in de Bootsman Jonson Kazerne of zijn naar de andere centra overgebracht. Er is ook een doorstroming van vogels die in de kooi zitten. Wanneer dieren worden vrijgelaten worden hun plaatsen in de kooi ingenomen door anderen. Het zijn niet steeds dezelfde individuen die je in de kooi kan waarnemen. Dinsdag 25 februari, om acht uur 's morgens, plant het Vogelopvangcentrum een eerste grote vrijlating op het Klein Strand te Oostende.
Hallucinant nieuws is echter dat onbekenden een aantal dieren hebben geroofd uit de kooi (oa. alle zee-eenden). Men vermoedt dat het kwekers betreft die zo op laag-bij-de-grondse wijze hun eigen kweek willen aanvullen.


Woensdag 12 februari 2003

De resultaten van het harde labeur van de voorbije twee weken begint eindelijk resultaten te geven waar iedereen getuige van kan zijn. Gisteren is de revalidatiekooi op het klein strand te Oostende in gebruik genomen door de eerste vogels. In die kooi staan 8 zwembaden om de vogels toe te laten hun verenkleed verder zelf te onderhouden. De laatste stap terug naar de vrijheid. Een loopbrug rond de kooi laat geïnteresseerden toe om de vogels te observeren. Informatiepanelen worden op dit ogenblik gemaakt om alle bezoekers de juiste informatie te kunnen geven.

Ondertussen hebben alle met olie besmeurde vogels een eerste wasbeurt gekregen en wachten ze tot een tweede wasbeurt ze volledig zal reinigen. Na die tweede wasbeurt kunnen ze verder op adem komen in de kooi op het strand te Oostende. De voorbije dagen werden nog eens bijna 600 vogels naar andere centra gebracht. Er blijven er nu nog ongeveer 1600 in het Oostende. Tijdens de voorbije weken werden een goeie 150 vogels per dag een eerste wasbeurt gegeven plus drie maal daags gevoed. Het komt er nu op aan al de resterende dieren volledig te reinigen. Claude Velter schat dat die klus binnen ongveer drie weken kan geklaard worden. De revalidatiekooi op het Klein Strand zal er waarschijnlijk nog zes weken moeten blijven.

Het ergste leed is geleden. Het aantal vogels dat nu nog wordt binnengebracht is slechts een minieme fraktie van de enorme toevloed die de vorige twee weken dagelijkse kost was voor de vrijwilligers. Het aantal vogels dat de voorbije dagen aanspoelde is vergelijkbaar met de aantallen die op een 'gewone' winterdag aanspoelen, i.e. zonder olieramp -

Vanop deze website zal er dan ook niet langer aandacht worden besteed aan de verdere ontwikkelingen op dit vlak. De aandacht zullen we nu vooral toespitsen op de verzorging en het terug vrijlaten van de vogels en waar het kan zullen we ook meer randinformatie geven die de impact van het hele gebeuren kan helpen inschatten.


Donderdag 6 februari 2003

Men kan bezwaarlijk zeggen dat het ongeval met de Tricolor volstrekt onverwacht is gekomen. Onze kust ligt in de schaduw van één van de drukst bevaren scheepsroutes ter wereld en het mag een wonder heten dat gelijkaardige catastrofes nog niet vroeger zijn opgetreden. Bovendien is de afstand tot deze hoofdvaarroutes dermate klein dat bij een ongeval en ongunstige windomstandigheden vrijwel onmiddellijk dient te worden gereageerd om nog enige kans te maken de schade te beperken.

Wat er ook van zij, de gebeurtenissen van de laatste weken hebben ons een aantal belangrijke zaken geleerd:

(1) de Belgische kust is en blijft één van de meer kwetsbare gebieden voor olieverontreiniging in de Noordzee en we kunnen maar beter goed voorbereid zijn, ook in de toekomst;

(2) alle inspectie- en remediëringsmaatregelen ten spijt, is het bij zwaar weer – wanneer er meest kans is op ongevallen en illegale lozingen – uiterst moeilijk de olie te stoppen;

(3) zelfs een relatief kleine olievlek (de grootte van de vlek gelekt bij het breken van een klep t.g.v. het overpompen van de resterende 170 ton stookolie uit de Tricolor werd geschat op ca. 10 ton) kan onder ongunstige windomstandigheden en tijdens piekperiodes van vogelabundantie op zee, tot enorme sterfte onder zeevogels leiden: aan de stranden van de zuidelijke Noordzee spoelden tussen 24 januari en 4 februari naar schatting 10.000 vogels aan waarvan 5500 in België (3277 levend, waarvan reeds 715 gestorven; 2547 dood: en minimaal 2500 in Nederland (http://home.planet.nl/~camphuys/TriColore.html) en meer dan 2000 in Noord-Frankrijk (mondelinge mededeling van Pascal Raevel). Aangenomen kan worden dat dit aantal slechts een fractie (geschat op 20%) is van het werkelijke aantal getroffen vogels.

(4) hierbij aansluitend kan nog moeilijk ontkend worden hoe belangrijk onze kustwateren wel zijn voor overwinterende zeevogels;

(5) niettegenstaande de chaos, heerst er bij de publieke opinie en bij tal van organisaties, instellingen en administraties een aanstekelijk enthousiasme en bereidheid om hulp te bieden bij het opruimen van de olie en het opvangen en behandelen van de getroffen olieslachtoffers.


Dinsdag 4 februari 2003

Terwijl velen in het opvangcentrum vermoeid raken, lijkt het einde van de tunnel helaas nog niet in zicht. Sinds gisteren (maandag 2/2) is het aantal levende vogels dat aanspoelt terug gestegen. Ook komen er steeds meer waarnemingen van steltlopers besmeurd met olie.

Vandaag kregen we de melding dat nieuwe olievlekken gesignaleerd zijn tussen Middelkerke en Oostende. De meer dan 200 levende vogels die gisteren werden binnengebracht, hadden dat eigenlijk al bevestigd. De cijfers van vandaag dreigen er niet veel van te verschillen. Vrijwilligers konden aan de geur trouwens al waarnemen dat het hier een ander type olie betrof dan diegene die het afgelopen weekend voor onze kust dreef. De oorsprong van deze vervuiling is voorlopig onduidelijk.

Cees Camphuysen maakt op zijn website ondertussen gewag van ca. 8000 slachtoffers voor Nederland en Belgie tesamen en dan zijn er nog geen cijfers van Frankrijk bekend. Op piekmomenten, zoals de huidige periode, kunnen er in goede jaren in de Belgische kustwateren 10.000 tot 15.000 zeekoeten aanwezig zijn. Ondertussen zijn er voor de Belgische kust alleen al ca. 2500 dode slachtoffers. Rekening houdend met het feit dat slechts 20% van deze vogels uiteindelijk aanspoelt, kunnen we niet onzinnig schatten dat ong. 10.000 zeekoeten gestorven zijn de afgelopen week. Voor het Belgische deel lijkt dus dat een zeer belangrijk deel van de populatie getroffen is.

Behalve het grote aantal slachtoffers meldt Cees Camphuysen ook het volgende:

"Veel zorgwekkender is een eerste conclusie uit de dissecties: de olie heeft een uitermate vitaal deel van de Alken en Zeekoeten populatie uitgeroeid. De vogels zijn letterlijk overvallen door de olie en nog nooit eerder zijn in Nederland zoveel "kerngezonde" en moddervette, merendeels adulte Alken en Zeekoeten aangespoeld. Voor de populatie is deze schade veel ernstiger dan het verlies van een groot aantal jonge vogels. Alleen al om die reden moeten we het recente olie-incident tot de ernstigste in de recente historie rekenen. We mogen gerust aannemen dat de Vlaamse vogels vergelijkbaar zijn, en dan heeft de Westeuropese populatie Alken en Zeekoeten een grote klap gehad."


Maandag 3 februari 2003

Sinds vorige week zijn een aantal lokalen ter beschikking gesteld door de Marine in de Bootsman Jonson Kazerne te Oostende en deze zijn ondertussen 100% operationeel. In het crisisvogelopvangcentrum nabij de vuurtoren ontvangen de meeste vogels een 'voorwas'. Omwille van een reeks logistieke en praktische redenen zal het wassen nu hoofdzakelijk in de kazerne gebeuren. Sinds het opstarten heeft men zich vooral geconcentreerd op de bijzondere soorten. De resultaten met die soorten zijn zo veelbelovend dat men ondertussen klaar staat met een vijftal duikers en een tiental futen om die vrijdag terug los te laten op de Spuikom. De organisatie hoopt het wassen straks te kunnen opdrijven naar een 50-tal vogels per dag.

De ramp gaat natuurlijk ook niet politiek onopgemerkt. Volgend persbericht hebben we ontvangen van de persdienst van Vlaams minister van leefmilieu en landbouw Vera Dua : Strengere Europese controle op onveilige schepen nodig


Zondag 2 februari

Afgezien van het feit dat er nieuwe olieslachtoffers bijkomen... in Oostende is HULP nodig. Zaterdag daar 12h aan een stuk beesten gevoederd, deze voormiddag opnieuw een 3-tal uur. Zaterdag waren misschien iets teveel mensen, zodat er een aantal niets konden doen, maar zoveel mensen er zaterdag waren, zo weinig waren er vandaag. Misschien belangrijk is dat je ook 's avonds daar nog kunt helpen (dus pas om 17h00 daar aankomen is geen ramp, er is werk tot ca. 22h00). Het is niet omdat er minder beesten op het strand zijn, dat de drukste periode achter de rug is. Er bevinden zich ca. 2400 vogels in het centrum, die elk 3x voeding per dag moeten krijgen. Dus moeten er per dag 7200 spuiten worden gevuld, en moet 7200 keer een sonde gestoken worden. Men kan daar de komende 3 à 4 weken nog alle hulp gebruiken. Het zou BIJZONDER jammer zijn indien een pak beesten er het loodje bijleggen omdat ze niet tijdig gevoederd kunnen worden. En dit is geen onwaarschijnlijk scenario als er in de komende weken altijd zoveel vrijwilligers zullen zijn als er vandaag waren. De huidige mensen die er bijna dagelijks werken hebben ook maar twee handen... Voor zover ik kon zien stonden voor de komende dagen amper 20 mensen op de lijst... (en ik schat dat er eigenlijk ca. 50-60 nodig zijn om 'rustig' te kunnen doorwerken). En wees niet verontwaardigd als je niet met vogels mag werken, maar als gevraagd wordt kartonnen dozen te plooien, in de vogel-keuken te werken of een uurtje de "cafetaria" te runnen. 't Moet nu eenmaal allemaal gedaan worden, en alle jobs zijn even belangrijk. Zonder dozen kunnen de beesten niet ververst worden, zonder drank en eten kunnen de mensen er niet werken. Ik ben afgepeigerd na anderhalve dag daar gewerkt te hebben, chapeau voor al die (bekende of minder bekende) mensen die daar al een week of meer dagelijks aan het werk zijn. Maar vooraleer je afkomt, bel misschien toch even eerst het centrum. Diederik D'Hert Bij een steltlopertelling van het Zwin op zondag 2 februari (Guido Orbie), bleek meer dan de helft van de overwinterende steltlopers met olie besmeurd. Met name de kortpotige soorten worden getroffen: zo bleek onder de 511 Bonte Strandlopers 50% besmeurd te zijn, 25% van de 81 Kanoetstrandlopers en 75% van de 106 Zilverplevieren. Ook de meeuwen (die in het Zwin een slaapplaats hebben) en de Bergeenden delen in de smurrie.

Vrijdag 31 januari 2003

ZKH Prins Laurent heeft de vele vrijwilligers een hart onder de riem komen steken door een gewaardeerd bezoek te brengen aan het crisisopvangcentrum waar nog steeds handen te kort zijn. De situatie is er bovendien niet op verbeterd de afgelopen dagen. Het aantal dode vogels blijft stijgen. Een groot aantal van de dode vogels heeft nog een bedekkingsgraad van 100%, duidelijk de slachtoffers van de eerste dagen die nog pas aanspoelen. Ondertussen komen steeds meer kustgebonden soorten bij de slachtoffers voor. Zeekoeten en alken blijven de hoofdmoot van de getroffen individuen uitmaken maar ondertussen worden ook al meeuwen en zelfs strandlopers binnengebracht. De lijst vermeldt ondertussen zestien verschillende soorten zeevogels.

In Nederland is de ellende al even groot. Kees Camphuysen heeft een webpagina opgesteld waar je je kan informeren over de meest recente gegevens over de vervuiling aan Walcheren. http://home.planet.nl/~camphuys/TriColore.html Op die site vermeld Kees reeds 1350 slachtoffers waarvan slechts een derde nog levend.

Ook bij onze zuiderburen is het een en al doffe ellende. Getuigenverslagen aan beide kanten van onze kust vertellen je meer. Ook daar alarmerende berichten over een honderdtal dode vogels.


Woensdag 29 januari 2003

De slechts gedeeltelijk besmeurde vogels die nog aan het strand proberen hun verenkleed te poetsen zijn er waarschijnlijk erger aan toe dan hun soortgenoten die de afgelopen dagen volledig besmeurd in het opvangcentrum zijn binnengebracht.

Tijdens het weekend en ook nog op maandag was de olievervuiling voor veel vogels zo acuut dat ze heel snel naar de kust probeerden te komen om niet te verdrinken door de volledige bedekking van hun ganse lichaam met de zware olie. Voordien lag de olievlek te ver op zee en zullen de meeste vogels die volledig door olie werden besmeurd de kust niet hebben gehaald. Vogels die slechts gedeeltelijk met olie besmeurd raakten, bleven intussen op zee totdat ze door verzwakking de kust gingen opzoeken. Veel van deze vogels hebben dikwijls een kritiek laag lichaamsgewicht, zijn meestal onderkoeld en hebben doorgaans een zwaardere vergiftiging door de olie. Het zal nog moeilijker zijn deze vogels te redden. Het percentage aan bedekking met olie bij de levende vogels die worden binnengebracht is reeds gedaald sinds het weekend toen het nog voor elke vogel 100% bedroeg. Het aantal dode vogels dat wordt binnengebracht begint trouwens te stijgen.


  Web site hosted by VLIZ www.vliz.be
Webmaster Francisco Hernandez