Ten tijde van Massart stonden heel wat kleine boerderijen in de duinen. Duingraslanden werden begraasd door vee en men kweekte granen en aardappelen op bijna pure zandgrond. De omstandigheden waren verre van gunstig en de gewassen brachten niet genoeg op. De bewoners hadden dan ook een hard leven. Om de eindjes aan elkaar te knopen waren ze naast landbouwer, vaak ook kustvisser of arbeider in een badplaats.