Header logo
|  Inleiding |  Beeldbank |  Zoeken |  Historische personen |  Gebruikte bronnen |

Historische personen

Philippe Dautzenberg (Lamy, 1935)

Dautzenberg, Philippe

Philippe Dautzenberg (°Ixelles, 20 december 1849 - †Parijs, 9 mei 1935) was mede-eigenaar van een textielbedrijf te Parijs. Al zijn vrije tijd ging uit naar het verzamelen en de studie van weekdieren.

Dautzenberg heeft heel wat publicaties uitgebracht over mariene mollusken van over heel de wereld. Uniek was zijn collectie schelpen met naar schatting 38.600 soorten. Ook zijn malacologische bibliotheek met een aantal zeer zeldzame boeken over weekdieren had internationale faam.

[Fiche] [Beelden]
  
Mmoire sur une maladie produite par des moules vnimeuses

de Beunie, Jean-Baptiste

Jean-Baptiste De Beunie (°Roosendaal, 1717/1718, †Antwerpen, 25 februari 1793) was een arts en onderzoeker die werkzaam was in het gebied van de Oostenrijkse Nederlanden. Hij behaalde zijn diploma geneeskunde aan de Katholieke Universiteit Leuven en vestigde zijn dokterspraktijk vervolgens in Antwerpen. In zijn vrije tijd legde hij zich toe op het onderzoeken van uiteenlopende plant-, dier- en scheikundige kwesties, die vervolgens hun neerslag vonden in de ‘Mémoires’ van de Académie Impériale et Royale des Sciences et Belles-lettres de Bruxelles, een instelling waarvan De Beunie sinds 1773 lid was.

De Beunie mag beschouwd worden als één van de markantste voorlopers van het zeewetenschappelijk onderzoek in onze streken. Zijn ‘Mémoire sur une maladie produite par des moules vénimeuses’ (1777), waarin hij op zoek ging naar de oorzaak van mosselvergiftiging en dierkundige observaties opnam over mosselen en zeesterren, behoort immers tot de oudste voorbeelden van marien wetenschappelijke publicaties in België.

[Fiche] [Beelden]
  
Adrien de Gerlache

de Gerlache, Adrien

Adrien de Gerlache (°Hasselt, 2 augustus 1866 - †Brussel, 4 december 1934) was een Belgische zeevaarder, die vooral faam heeft verworven als pionier van de Antarctische poolexploratie. Zijn reis naar Antarctica met het schip Belgica in 1897-1898 was de eerste die op een wetenschappelijke wijze het ‘laatste continent’ onderzocht. Hij was het die België een naam gaf wat betrof zuidpoolonderzoek, die de eerste notie gaf van het klimaat van dat gebied en die dankzij zijn expedities bewijzen leverde dat onder het Antarctisch ijs, land zat, en Antarctica dus terecht bestempeld kon worden als het zesde continent. De Gerlache ondernam verschillende poolreizen en men zal hem onthouden als de man die de focus van de poolexploratie verlegde van verovering of jacht naar wetenschappelijk onderzoek.

[Fiche] [Beelden]
  
August de Maere-Limnander (Anon., 1995)

de Maere-Limnander, August

Baron August de Maere d’Aertrycke, beter gekend als August de Maere-Limnander (°Sint-Niklaas, 30 januari 1826 - †Aartrijke, 7 oktober 1900) was schepen van openbare werken in Gent (1857 - 1866) en volksvertegenwoordiger in het parlement (1866 - 1870).

De Maere-Limnander ontwierp plannen voor de verbinding van Gent (en later Brugge) met de Noordzee door middel van een haven te Heist en een maritiem kanaal. Hoewel zijn plannen uiteindelijk niet de eindmeet haalden, wordt hij toch aanzien als de vader van de haven van Zeebrugge.

[Fiche] [Beelden]
  
Gustave Gilson (Debaisieux,1935)

Gilson, Gustave

Gustave Gilson (°Watermaal-Bosvoorde, 17 juli 1859 - †Herent, 1 januari 1944) was professor aan de Katholieke Universiteit Leuven. Hij specialiseerde zich gedurende zijn carrière ondermeer in de celleer en andere aspecten van de dierkunde en de zeewetenschappen. Op zijn vijftigste werd Gilson directeur van het Koninklijk Natuurhistorisch Museum te Brussel.

Gilson was één van de eerste Belgische oceanografen. Hij maakte een uitgebreide studie van de zeeorganismen uit de Zuidelijke Noordzee in relatie tot hun milieu. Daarnaast vormden ook vissen en de effecten van de visserij op vispopulaties het onderwerp van zijn onderzoek. Verder hoort een populaire gids over de vissen die men kon aantreffen langs onze kust of in de vismijnen, eveneens tot zijn oeuvre.

[Fiche] [Beelden]
  
Portret Auguste Lameere, 1934

Lameere, Auguste

Auguste Lameere (°Elsene, 12 juni 1864, †Brussel, 6 mei 1942) was een Belgische bioloog, insectenkundige en hoogleraar dierkunde aan de Université Libre de Bruxelles. Lameere was in het bijzonder gefascineerd door insecten en vestigde zijn internationale reputatie vooral door zijn onderzoek omtrent de Prioniden, een onderfamilie van kevers uit de familie van de boktorren. Hij was tevens één van de belangrijkste Belgische verdedigers van het darwinisme en publiceerde zijn visie op de classificatie van het dierenrijk in de reeks ‘Précis de zoologie’ (1928-1942). Lameeres belangstelling voor evolutionaire kwesties leidde tot zijn belangrijkste bijdrage aan het marien onderzoeksveld: zijn studies omtrent de Dicyemida, minuscule parasieten die in de nieren van bepaalde inktvissen leven. Ook in de belangrijke overzichtswerken Précis de zoologie’ (1928-1942) en ‘Manuel de la Faune de Belgique’ (1895- 1907) verzamelde Lameere gegevens over de kust- en zeefauna in België.

[Fiche] [Beelden]
  
Eugne Leloup (Van Oye, 1967)

Leloup, Eugène

Eugène Leloup (°Luik, 31 december 1902 - †31 juli 1981) was een wetenschapper en doctor in de dierkunde. Hij was ruim vier decennia lang werkzaam aan het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN), en was er van 1954 tot 1958 directeur ad interim. Tussen 1947 en 1967 stond hij bovendien ook aan het hoofd van het Zeewetenschappelijk Instituut (ZWI) in Oostende

[Fiche] [Beelden]
  
Thodore-Augustin Mann, portret

Mann, Théodore-Augustin

Abbé Théodore-Augustin Mann (°Yorkshire, 22 juni 1735, †Praag 23 februari 1809) was een 18e-eeuws natuurwetenschapper, priester en filosoof die het grootste deel van zijn leven in Nieuwpoort en Brussel woonde. Hij was onderdaan van het Oostenrijkse regime en lid van verschillende wetenschappelijke verenigingen in heel Europa.

Mann was een van de pioniers van de moderne, exacte wetenschap in onze contreien. Naast verhandelingen over onder meer de Kerk en het onderwijs, schreef hij tientallen ‘Mémoires’ met betrekking tot kust en zee, o.a. over de visserij en het kustklimaat van de Lage Landen. Zijn observaties waren bij de eerste die studies van het klimaat in België mogelijk maakten. Hij wordt wel eens beschouwd als de eerste mariene bioloog in de Zuidelijke Nederlanden en één van de eersten die het probleem van de overbevissing aankaartte.

[Fiche] [Beelden]
  
Julius Mac Leod (Van Hees, 1976)

Mac Leod, Julius

Julius Mac Leod (°Oostende, 19 februari 1857, †Gent, 3 maart 1919) was een Belgische dier-en plantkundige en hoogleraar aan de toenmalige Rijksuniversiteit van Gent. Hij had tevens de leiding over de aan de universiteit verbonden Plantentuin. Zijn onderzoek concentreerde zich grotendeels op de studie van het plantenleven in de vrije natuur. Mac Leod is vandaag het best gekend voor zijn werk ‘The Quantitative Method in Biology’ (1919), waarin hij pleitte voor het toepassen van statistische methodes in de biologie. Hij ging tevens de geschiedenisboeken in als pleitbezorger voor de vernederlandsing van het hoger onderwijs in het algemeen en van de Gentse universiteit in het bijzonder.

[Fiche] [Beelden]
  
Jean Massart (Marchal, 1927)

Massart, Jean

Jean Massart (°Etterbeek, 7 maart 1865 - †Houx, 16 augustus 1925) was botanicus en professor aan de Universiteit van Brussel. Hij werd conservator van de Botanische Tuin en directeur van het Botanisch Instituut, gesticht door Leo Errera.

Massart was één van de eersten om natuurreservaten te promoten in België. Hij maakte uitgebreide studies over de verschillende plantengemeenschappen van ons land waarbij het kustgebied belangrijke aandacht genoot. De vele foto’s van kustlandschappen die hij maakte, zijn hier een voorbeeld van.

[Fiche] [Beelden]
  
Gerardus Mercator (Crane, 2003)

Mercator, Gerardus

Gerard de Cremer of Gerardus Mercator Rupelmundanus (°5 maart 1512 – †15 december 1594) was een Vlaamse wiskundige, geograaf, cartograaf en ontwerper van wetenschappelijke instrumenten, atlassen en wereldbollen. Uit zijn rijke palmares onthouden we o.a. de Kaart van Vlaanderen “Vlaenderen Exactissima - Flandriae descriptio” (1540) en zijn uitgebreide “Atlas sive Cosmographicae Meditationes de Fabrica Mundi et Fabricati Figura” (1595) die postuum werd uitgegeven.

Zijn grootste bijdrage aan de zeevaart was de grote wereldkaart “Nova et Aucta Orbis Terrae Descriptio ad Usum Navigantium Emendata Accomodata” (1569): één van de eerste kaarten waarin een projectie zonder hoekvervorming is toegepast zodat een stuurman met deze kaart een vaste koers kon uitzetten door het trekken van rechte lijnen.

[Fiche] [Beelden]
  
Alphonse Meunier (Hegh, 1920)

Meunier, Alphonse

Alphonse Meunier (°Lessines, 15 augustus 1857 – †Leuven, 19 februari 1918) was professor aan de Katholieke Universiteit van Leuven en tevens erekanunnik van de kathedraal van Doornik.

Meunier heeft prachtig gedetailleerde tekeningen van het microplankton van de Zuidelijke Noordzee, de Barentszzee en de Karische Zee gemaakt.

[Fiche] [Beelden]
  
Paul Pelseneer (Brien, 1951)

Pelseneer, Paul

Paul Pelseneer (°Brussel, 26 juni 1863 - †Brussel, 5 mei 1945) was een befaamde Belgische zoöloog en docent aan de Gentse normaalschool. Zijn interesse voor de dierkunde omspande uiteenlopende onderwerpen, maar spitste zich toch vooral toe op de studie van de weekdieren (malacologie). Aangezien hij nooit aangesteld werd als universitair hoogleraar, moest hij zijn onderzoek hoofdzakelijk in zijn vrije tijd voeren. Dit hield hem echter niet tegen om maar liefst 219 wetenschappelijke publicaties bij elkaar te schrijven.

Pelseneer vergaarde in de eerste plaats bekendheid door zijn enorme bijdrage aan het onderzoek naar de anatomie en het leefmilieu van mollusken (weekdieren). Hij was een vurig voorstander van oceanografische expedities en verleende zijn medewerking aan de tochten van de HMS Challenger, de Belgica en de Siboga. Hij beschreef tijdens zijn leven zo’n 69 nieuwe mariene soorten, waarvan 57 weekdieren.

[Fiche] [Beelden]
  
Alphonse Renard (Renard, 1907)

Renard, Alphonse

Alphonse-François Renard (°Ronse, 28 september 1842 – †Elsene, 9 juli 1903) was een internationaal vermaarde geoloog en professor aan de Rijksuniversiteit Gent. Ondermeer door de introductie van de polarisatiemicroscoop gaf hij het geologisch onderzoek in België een belangrijke stimulans.

Zijn faam op het vlak van marien geologisch onderzoek dankt hij hoofdzakelijk aan de samenwerking met de befaamde Schotse naturalist John Murray in het kader van de oceanografische expeditie van de HMS Challenger. Hun Report on Deep-Sea Deposits, based on the Specimens collected during the Voyage of HMS Challenger in the years 1872-1876 (1891) werd wereldwijd beschouwd als dé ‘bijbel’ van de mariene geologie. Daarnaast publiceerde Renard ook talrijke werken over de geologie van diverse eilanden over de hele wereld.

[Fiche] [Beelden]
  
Louis Stappers

Stappers, Louis

Louis Stappers (°Hasselt, 2 mei 1883 - †Calais, 30 december 1916) was een Belgische arts en natuurwetenschapper. Tijdens zijn medische studies aan de Katholieke Universiteit Leuven (KULeuven) kwam hij in contact met de hoogleraar dierkunde Gustave Gilson, die Stappers introduceerde in het onderzoeksveld van de mariene biologie. Stappers was onder andere werkzaam als assistent van Gilson bij diens onderzoek van de Zuidelijke Bocht van de Noordzee en werd in 1913 aangesteld als naturalist in het Brusselse Koninklijk Natuurhistorisch Museum. Daarvoor had de jonge onderzoeker reeds deelgenomen aan een expeditie naar de Noordelijke IJszee aan boord van de Belgica en stond hij aan het hoofd van een wetenschappelijke zending naar Belgisch-Congo.

[Fiche] [Beelden]
  
Simon Stevin (Devreese, 2003)

Stevin, Simon

Simon Stevin (°1548, Brugge – †1620, Den Haag) was een Vlaamse intellectuele duizendpoot die in de 16e en 17e eeuw als wiskundige, natuurkundige, ingenieur en uitvinder werkzaam was in de Noordelijke Nederlanden. Eén van zijn bekendste realisaties betrof de invoering van de tiendelige breuken, waarmee hij aan de basis ligt van ons decimaal stelsel. Stevin droeg bovendien in belangrijke mate bij tot de verrijking van de Nederlandse taal, door ervoor te kiezen om zijn werken niet in het gebruikelijke Latijn, maar wel in de volkstaal te publiceren.

De maritieme en waterbouwkundige erfenis van Stevin omvat een breed gamma aan verwezenlijkingen. Hij ontwierp nieuwe pomp- en drainagesystemen, leverde bijdragen aan de ontwikkeling van baggertechnieken in havengebieden en was verantwoordelijk voor de bouw van de eerste zeilwagen in onze streken. Voor de maritieme wereld is vooral ‘De Havenvinding’ (1599), zijn werk over plaatsbepaling op zee, van uitzonderlijk belang.

[Fiche] [Beelden]
  
Charles Van Bambeke (1829-1918)

Van Bambeke, Charles

Charles Van Bambeke (°Gent, 6 februari 1829, †Gent, 14 mei 1918) was een Belgische arts en natuurkundige en hoogleraar aan de toenmalige Rijksuniversiteit Gent. Zijn dierkundig onderzoek besloeg de domeinen van de anatomie (ontleedkunde), de histologie (weefselleer), morfologie (vormkunde) en de embryologie, terwijl zijn plantkundige interesse hoofdzakelijk uitging naar zwammen. Met zijn studie over de vroegste ontwikkelingsstadia van de kno2ookpad introduceerde hij het onderzoeksveld van de embryologie van gewervelden in België. Van Bambeke hechtte veel belang aan praktisch onderwijs. Hij gaf zo een belangrijke impuls aan de ontwikkeling van het laboratoriumonderzoek aan de RUG en staat geboekstaafd als grondlegger van de Gentse Morfologische School..

[Fiche] [Beelden]
  
Edouard Van Beneden (Von Winiwarter, 1910)

Van Beneden, Edouard

Edouard van Beneden (°1846, Leuven - †1910, Luik) was een wereldvermaarde Belgische bioloog en professor zoölogie aan de Universiteit van Luik. Hij specialiseerde zich in celbiologie en embryologie en zorgde voor belangrijke doorbraken in deze disciplines. Zijn faam dankte hij hoofdzakelijk aan de ontdekking van de meiose of reductiedeling bij de productie van voortplantingscellen.

Het was Van Benedens interesse voor Darwins evolutieleer die hem aanspoorde tot een grondig onderzoek van de mariene fauna in Belgische kustwateren en verder van huis. Hij was er immers van overtuigd dat de kennis die men kon vergaren via primitieve zeeorganismen essentieel was voor het doorgronden van de ontwikkeling van complexere wezens zoals de mens. De bioloog richtte, in navolging van zijn vader Pierre-Joseph Van Beneden, een eigen marien biologisch laboratorium op in Oostende en organiseerde samen met studenten en collega’s verschillende bemonsteringscampagnes in de Noordzee.

[Fiche] [Beelden]
  
Pierre-Joseph Van Beneden (Hamoir, 2002)

Van Beneden, Pierre-Joseph

Pierre-Joseph Van Beneden (°Mechelen, 19 december 1809 - †Leuven, 8 januari 1894) was professor in de dierkunde aan de Universiteit van Leuven. Hij richtte het eerste laboratorium voor mariene biologie ter wereld op in Oostende en was een overtuigd creationist.

Van Beneden onderzocht als eerste de fauna van het Belgisch deel van de Noordzee op systematische wijze. Hij nam tal van mariene diergroepen onder de loep: mosdiertjes, schaaldieren, neteldieren en parasitaire wormen zijn enkele voorbeelden. Van Beneden richtte zijn aandacht vaak op de ontwikkelingsstadia. Ten slotte verdient ook zijn onderzoek naar beenderen van fossiele en levende walvissen en dolfijnen de nodige aandacht.

[Fiche] [Beelden]
  
Louis Verhaeghe (Verhaeghe, 1843)

Verhaeghe, Louis

Louis Verhaeghe (°Ieper, 9 september 1811 - †Oostende, 10 mei 1870) was arts, chirurg en verloskundige in Oostende. Hij is voornamelijk bekend als promotor van de medisch onderbouwde zeebadkuren aan de Belgische kust, maar ook zijn betekenis voor de Belgische chirurgie mag niet onderschat worden. Door zijn uitgebreide kennis van de internationale vakliteratuur vonden talrijke vernieuwende heelkundige technieken hun ingang in België.

[Fiche] [Beelden]
  
Zeewetenschappers tijdens WOI (Mahieu, 2011)

Belgische zeewetenschappers tijdens WO I

Toen de Duitse troepen in oktober 1914 de Vlaamse kuststrook tot bezet gebied maakten, pakten ze de zaak grondig aan. Gezien het uitzonderlijke strategische belang van deze contreien als uitvalsbasis voor de strijd op en boven de Noordzee, installeerden ze een uitgebreid netwerk van oorlogshavens, artilleriebatterijen, bunkers en vliegvelden tussen het IJzerfront en de Nederlandse grens. De komst van de Duitse bezetter maakte tijdelijk een einde aan deze activiteit en verplichtte de onderzoekers om, letterlijk of figuurlijk, andere horizonten op te zoeken. Toch resulteerde deze gedwongen verbanning niet in het volledig stilvallen van alle Belgisch marien onderzoek. Ondanks de moeilijke omstandigheden probeerden verschillende vorsers hun studies op één of andere manier alsnog verder te zetten. Hieronder volgt het verhaal van dit zeeonderzoek in tijden van oorlog, maar evenzeer een relaas over het leven en werken in bezet gebied. Meer nog dan wetenschappers waren deze individuen immers stuk voor stuk burgers in een overrompeld vaderland, die de ogen niet sloten voor de gebeurtenissen rondom hen.

[Fiche] [Beelden]
  

Site ontwikkeld en gehost door het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ)
Met steun van de provincie West-Vlaanderen
Logo VLIZ Logo provincie West-Vlaanderen